Kater

Zo'n maandag na de kerst komt de allergrootste kater

Ik begin dan ook voor de zekerheid maar wat later

Of ach.  Weet je wat. Dan de boel maar failliet

Ik slaap morgen uit en begin gewoon helemaal niet

Kerst

Vandaag voel ik mij nog vederlicht
Over kilo's nog geen zorgen
Straks krijg ik mijn broek niet meer dicht
Maar ach dat is pas overmorgen

Klusjesnam

Ach laat me maar het gaat best wel hoor

Maar mijn klusjesnam is ervandoor

Was het de eerste dagen nog even wennen

Op den duur leer je elkaar toch beter kennen

En ondanks alle grote troep en kleine ergernissen

Ga ik mijn klusjesnam straks toch een beetje missen

Al sla je me dood

Ik weet niet wat ik net precies heb opgeruimd van de kat

Maar de lucht doet het ergste vrezen

Weet ook niet meer waarom ik die dieren nou precies had

Maar ik ben voorlopig wel weer genezen

Hé ouwe

Hij moet nog zoveel van het leven zien

Feitelijk alles nog ervaren

Vandaag werd hij zeventien

Ik wens hem nog vele jaren

Zonder haar

Als ik haar één dag niet zie

Ben ik al in de war

Het lijkt wel psychisch, een fobie

Het is eigenlijk bizar

Ik doe dan vreemd, ik doe dan raar

Dingen die ik normaal nooit doe

Want ik zit hier en zij zit daar

En ik wil naar haar toe

Gewoon

Soms is het goed

Er even stil bij te staan

Dat je als 50 jarige nog gewoon

Bij je ouders langs kan gaan

Je suis Rudi

De wereld staat compleet in brand
Behalve dan in het noorden van het land
Daar is alles nog zoals het was
Behalve wat gedoe met gas

Sint Maarten

Ze bezingen Sint Maarten Sint Maarten

Over koeien over staarten

Die overtollige gebruikers

Van vernietigende suikers

Ik sluit denk ik maar mijn gordijnen

Of nog beter. Ik geef ze mandarijnen

Zondagmorgen

Ik zie een eerste sliert wolken

door silhouetten van bomen

Ik zou toch zweren

dat ik net nog lag te dromen

Ik zie naast flonkerende sterren een

deels verlichte maan

Ben ik nou vandaag te vroeg

of juist op tijd opgestaan?

Sssst...

Ze somt vaak dingen op

Zo van wat we allemaal nog moeten

Ik roep dan heel hard 'stop!'

En masseer even haar voeten

Dwars

Pubers die dwars zijn slechts zwijgen

De communicatie maar pover

Doet mij denken aan mijn jeugd

Mijn vader kon ook de kolere krijgen

Maar gelukkig het ging over

En dat doet mij dan wel deugd

Laat me

Iedereen mag van mij doen zonder te ontrieven

Iedereen mag van mij gaan waar hij staat

Ze zullen mij niet heel snel grieven

Als een ieder mij maar laat

Verstopt

Soms zou ik mij wel eens dagenlang willen verstoppen

Ergens in een kelder of beter, voorraadkast

Ik zou mij tegoed doen aan alles, volproppen

Tot ik niet meer kan dan krijg ik last
En dan zullen ze het weten!
Ik laat boeren, ik laat scheten
Ik ga los, niets houdt mij nog tegen!
Ik ga los compleet, finaal!

Daarna kan ik er denk ik wel weer tegen
En doe ik misschien eindelijk weer normaal

Ja toch

Al die stress over alles wat nog moet
Eerst dit, nu dat, straks dan
Ergens doe ik toch iets niet goed
Laat ik maar blij zijn, dat ik het nog kan

Voorbarig

De zomer alweer bijna geweest

Er valt niet aan te ontsnappen

Maar hoewel een prachtig feest

Nu al pepernoten in de schappen

Lijkt mij toch ietwat voorbarig

De Sint is nog lang niet jarig!

Pats

Een vlieg kwam er praktisch om vragen

Dat hij het überhaupt durfde te wagen

Om te landen op mijn lijf

Nu ligt hij op zijn rug bijna stijf

Ik maak maar een eind aan zijn spartelen

Je hoeft zo'n beest toch ook niet te martelen

Lief

Ik zou je zo graag willen zeggen
Van het hoe, waarom en wat
Maar het valt niet uit te leggen
Ik heb niet de woordenschat

Midlife

Het wachten tot de klok 50 slaat
Dat je precies in het midden
van het leven staat

Vreemde vogel

Vanmorgen vloog ze nog

Zo met de wind mee heel bekwaam

Maar ze vergat hoe triest toch

Een vogel kan niet door een raam

Oef

Ooit goddelijk, blond en jong

Het lijkt nog maar zo kort geleden

Toen ineens maakte de tijd een sprong

En nu kijkend naar het heden

Ziet een grijsaard van 90 kilogram

Echt alweer bijna Abraham

Sprookje

Een mooie dame van lichte zeden
Door de kerels vaak aanbeden
Was haar leven meer dan zat
Toen kwam iets op haar pad
Een prins op het witte paard
Groot, stoer en vermaard
Om zijn charme, zijn lef
'Wat fijn dat ik u tref!'
'Mag ik met u mee wellicht?'
Al snel was hij voor haar gezwicht
De kerels bleven achter, boos en nukkig
En zij? Zij leefde. Nog lang en gelukkig

Maandag

Zo'n eerste zonnestraal op je smoel
Vroeg in de ochtend, luie stoel
Helpt best veel, zelfs een heleboel
Tegen dat nare maandagsgevoel

Tevree

Witte slierten in een lucht
verder strak en blauw
Zit hier heerlijk
Voor mij geen vlucht
Naar Gran Canaria, of Curaçao

Rijst

Bij de Chinees rijst zelden de vraag Zeg. Wat eten we vandaag?

Zij

Zij veranderde mijn leven Zij veranderde mijn blik Zou haar alles willen geven Mijn hoofd, mijn lijf, mijn ik

Veur altied

Vandaag is de dag dat mijn broer verjaart

Inmiddels gezetter, een ruige baard

De krullen al minder, flink grijs soms verstrooid

Maar toch. Mijn broer blijft mijn broertje.

Dat verandert nooit

Heerluk

Het was heerlijk net
Even buiten in de regen
Ik droeg geen jas of pet
Ik werd koel en nat
De warmte zat
Het was een zegen

Zwarte Piet

Het zijn vooral de extreem witten

Die vaak in de zon gaan zitten

Rood verbrand

Op snikheet zand

Puffend, zwetend, hijgend

Proberen zij zijn kleur te krijgen

Denk dat hijzelf van kleur verschiet

Die vermaledijde Zwarte Piet

Vraagje

Spiegeltje spiegeltje aan de wand
Wees eens wat objectiever En zeg mij, schoonheid of verstand Wat heb je eigenlijk liever?

Momentje

Heerlijk buiten
Merels fluiten
Ze nemen in koor
De dag even door

Lentejeuk

Bijen die zoemen
Bloeiende bloemen
Gras dat welig tiert
Een boer die heeft gegierd

Brandnetels, slakken en zevenblad
Ik heb het eigenlijk nu al helemaal gehad
Met vieze nagels, onkruid en spit
En al die andere lenteshit

Maandagochtend

Ik speel met de hond
Geef de kittens wat brokken
Een haan die schooit
Zelfs de konijnen zijn blij

Ik word gek van de stront
In al die smerige hokken
Wie begon hier toch ooit
Die gare kinderboerderij

Voor jou

Ik zocht voor haar een cadeau

Maar niet dat eeuwige boeket

Niet alweer die rode Bordeaux

Of kaartjes voor dat saaie ballet

Nee dan liever zelf voor haar bedacht

Want ze is mijn allerliefste wiggie

Geen luxe of praal, geen pracht

Maar gewoon. Een lief gediggie

Stel

Zij zag hem ooit

De eerste keer

Het was ergens in een bar

Een bloem getooid

Het stond haar zeer

Prachtig in het haar

Hij stond perplex

Zijn hart tekeer

Hij stamelde iets uit

Zij bood hem sex

Hij werd meneer

Vandaag is zij zijn bruid

Verzoekje

Lieve heer, dit beviel mij uitstekend

En ik wil ik U eigenlijk vriendelijk vragen

Sterker nog! Ik kniel tot U smekend

Doe mij nog een paar, van die heerlijke Pinksterdagen

Tip

Een zorgeloos leven

Is een zinloos streven

Probeer maar niet meer

Is niemand ooit gelukt

Geniet soms gewoon even

Van het fijne gegeven

Dat je vandaag alweer

Een dag hebt geplukt

Wie het weet

Kerst of Pasen
Pinksteren, Hemelvaartsdag
Ik weet nou nooit precies
Wanneer hij
Het licht voor het eerst zag

Goedemorgen

Katten droom vannacht

De kittens wilden mij testen

Toen gingen de monsters op jacht

Nu zit ik mooi met de resten

Ik vond het allemaal weinig vermakelijk

Tot zover dit gedicht. Eet smakelijk

Ode

De zuster keek mij wat verlegen aan

Over en weer nerveus gegiebel

Toen ik vroeg

'Zuster laat mij hier niet staan

En verlos mij toch van die lentekriebel'

Nat

Beter een uur doorweekt in de regen
Dan een minuut piesen met wind tegen

5/5

Ik mag bewegen en gaan

Waarheen ik ook maar wil

Mijn vrijheid, ik hecht eraan

Want vrijheid maakt het verschil

Van harte

Jarenlang moesten ze wachten

Je hoorde ze bijkans smachten

Vanuit heel de provincie Groningen

Verlieten mensen lallend hun woningen

De Grote Markt stroomde vol

Men dronk biertjes, men had lol

Boeren werden Geuzen

Zongen trots boerenleuzen

Een indrukwekkend legioen

Gehuld in trots wit en groen

Schreeuwden luid om de zege
0-0... Pas halverwege

De wedstrijd leek maar te duren
Totdat hij met bijzondere coiffure
Met twee goals het verschil wist te maken
Het net mooi feilloos wist te raken
Heel Groningen in vervoering
Nuchtere tranen van ontroering

Want één ding is nu toch wel zeker
Grunn heeft terecht de knv beker
Eindelijk bevrijdt van die enorme last
Eindelijk iets tastbaars in de prijzenkast

Tjoggie

Het lijkt nog maar zo kort geleden
Toen hij voor het eerst licht mocht zien
Nu kijk ik terug, tevreden
Het joggie is jarig. Negentien.

Au

Ik zat vanochtend op de fiets
Over Groningse boerenwegen
De weerstand deed mij amper iets
De wind die had ik tegen

Ik waande mij Hennie Kuiper, Jan Raas
In de Vuelta, de Giro of de Tour
Ik was het peloton de baas
Het geel dat stond mij stoer

Toen zag ik ineens iemand razendsnel demarreren
Zij keek mij aan, ik kreeg het snel benauwder
Ik keek terug en moest pijnlijk concluderen
Zo gênant. Ze was minstens twintig jaar ouder!

Tou maor laiverd

Oh verlegen lente toch

Onzeker wicht

Je bent zo mooi

Waarom nu die twijfel nog

Ik ben toch gezwicht

Toe maar schat

Ontdooi

Fluit

Klari blies op zijn trompet
Hij kende Klari net.

Kater

We gingen de avond ervoor
In alles veel te lang door
We zagen het de volgende ochtend laat
Aan ons bed en het aanrecht, al die vaat

Lef

Ik had je al meermaals gezien

Het was elke keer alsof ik zweefde

Jij was twintig en ik achttien

Jij maakte dat ik leefde

Jij mooi, brutaal, mysterieus

Het meisje al ontstegen

Ik nog puberaal en zo nerveus

Bleu, sneu en verlegen

Je keek mij aan, een ogenblik

Ik kon de spanning niet meer dragen

Ik zocht naar woorden maar gaf geen kik

Durfde je amper iets te vragen

Even was er een status quo

Maar eindelijk raapte ik moed bijeen

Al was mijn woordkeus maar zozo

Ik sloeg mij er doorheen

Ik had hem toen blijkbaar toch geraakt

Die spreekwoordelijke gevoelige snaar

Want ik heb je nu het hof gemaakt

Al zeker meer dan dertig jaar

Lieve Door

Al ben je soms wat nukkig

Dat maakt mij echt niet uit hoor

Want met jou ben ik zielsgelukkig

Ach ik ken je Door en door

Winterslaap

Maart in Groningen kil en kaal
Amper blad, weinig groen te ontdekken
Koude oostenwind, zo bitter en schraal
Ik zie nog geen enkele reden mij te wekken

Miskend

De vruchteloze kunstenaar nam zich voor
'Het gaat mij vast een keer lukken hoor!
Ik weet het zeker, nog voordat ik sterf
Komt er ooit een schilderij uit de verf!'

Lente

Zodra de vogels weer gaan fluiten
En vele lammetjes zien het licht
Wil ik het liefst de hele dag buiten
Met de zon vol op mijn gezicht

Voor altijd

Ik wil er zelfs voor betalen
Desnoods verhoogd met rente
Voor al die zonnestralen
Tijdens een eeuwige lente

Herkenbaar

Iedereen weet wat ik bedoel
Dat eeuwige schuldgevoel

Ziel en zaligheid

Als je kijkt diep in mijn ogen
Zie je mijn ziel, dat is een feit
Maar kijk je verder, het is niet gelogen
Zie je vooral mijn zaligheid

Please?

Zij rookt het liefst een sigaret
Hij draait bij voorkeur zelf
Zij duikt het liefst heel vroeg in bed
Hij blijft graag op, tot minstens elf

Zij schuift het liefst de bestuurdersstoel
Altijd zo ver mogelijk naar voren
Hij vindt dat dus totaal geen smoel
Zij moet dat telkens horen

Zij open-minded, gestructureerd
Hij eigenwijs en chaotisch
Zij noemt hem ongeïnteresseerd
Hij haar steevast neurotisch

Zij kan koken, haute cuisine
Hij kan niets, enkel frituren
Zij is nog steeds leuk om te zien
Hij niet meer om aan te gluren

Maar hij weet natuurlijk ook heus wel
Hij moet haar koesteren, in watten leggen
Want voor hij het weet, het gaat soms snel
Zal hij haar nooit meer kunnen zeggen

Lieve vriendin, lekker wijf
Mijn steun en toeverlaat
Weet dat ik altijd bij je blijf
Wat als jij nou nooit meer gaat?

Logisch

Als ik naar woorden zoek
pak ik meestal een woordenboek

Feest

Ik sta nooit vooraan
als er aan polonaise wordt gedaan

Herrlich

Mein Mittagessen besteht heute auss Een broodje bal met pindasaus